“Take vacations. Go as many places as you can. You can always make money. You can’t always make memories.”

De busreis naar Melboune was best prima. Woensdagavond vertrokken we en de buschauffeur had er zin in. Hij hielt nog even een praatje en vertelde dat we rond half drie ’s nachts een stop zouden maken voor een laat diner of een vroege lunch. Als we iets wilde weten mochten we het altijd aan hem vragen, maar we konden het natuurlijk ook aan Google vragen. Na een reis van acht uur was ik voor zeven uur al in Melbourne wat iets eerder was dan gepland en dat gebeurd hier niet zo vaak. De hostmom van Amber zou me ophalen, maar die lag nog lekker te slapen dus was Amber zo lief om me even van het busstation te halen. We zijn naar haar appartement gegaan waar haar hostmom met maar hostkid op vakantie ging. Toen ze weg waren zijn wij naar Brighton beach gegaan waar alle gekleurde huisjes staan wat heel leuk was om te zien.

Het was die dag heel heet, ongeveer 37 graden, dus verder hadden we niet heel veel zin om iets te gaan doen behalve het halen van wat boodschappen die we op de terugweg hebben meegenomen. We hebben nog heel gezond staan koken die avond en daarna zijn we naar de botanische tuin gegaan om de film Dirty dancing te kijken. Het was super leuk en vooral heel leuk dat ze dit de hele zomer doen in alle grote steden. Er wordt dan elke avond een film gedraaid waar je naar toe kunt met je eigen kleedje en wat eten om zo een gezellige avond te hebben.

Vrijdag hebben we eerst lekker lang in bed gelegen zonder wakker gegild te worden door kinderen wat echt heerlijk was. In Melbourne rijdt een gratis tram en als echte Hollanders moesten we dat natuurlijk proberen. Het plan was om daar het rondje mee te rijden, maar het was zo druk en er kwamen zoveel mensen bij de halte daarna, dat we besloten om na twee haltes maar weer uit te stappen. Inmiddels zagen we alleen nog maar mensen voor onze neus staan in plaats van de stad. We hebben wat door de stad gelopen en zijn toen met een tram naar het winkelcentrum gegaan om wat te winkelen en te eten.

Op de terugweg hebben we weer boodschappen gedaan die we snel naar het appartement gebracht hebben om van daar de tram naar de South market te nemen. Dat is een overdekte markthal met winkeltjes en daar is ook een winkel waar ze wat Nederlandse dingen verkopen. Ik heb daar een pak pure hagelslag gekocht voor net te veel geld (acht dollar, ja het leven is duur) een pak olibollenmix en twee stroopwafels dus ik was weer helemaal gelukkig. Ik miste het eigenlijk nog niet, maar het is toch altijd leuk. Toen was het weer tijd om naar het appartement te gaan en ons klaar te maken voor de komst van Isa. Na een maand waren we weer herenigd en om dat te vieren zijn we naar st Kilda gegaan waar elke avond pinguïns aan land komen om eten te zoeken. Het was best wel druk, maar al snel hadden we een plekje gevonden en hebben we een paar kleine, schattige pinguïns gezien die aan land kwamen. Na een tijdje hadden we het wel gezien en liepen we weer naar de uitgang waar een hele rij met mensen stond om erin te komen, dus wij waren blij dat wij op tijd geweest waren. Inmiddels was het al na negen uur en moesten we nog eten, als eerst kwamen we de Domino’s tegen en daar zijn ze meestal heel snel, dus hebben we maar even een pizza besteld. Daarna hebben we nog ergens wat gedronken en toen zijn we weer naar het appartement gegaan.

Zaterdag zouden we al vroeg met de trein naar Monington Penisula gaan waar de hostfamily van Amber een vakantiehuis heeft, maar haar hostmom had haar een berichtje gestuurd dat het daar slecht weer zou worden en ze het ook begreep als we niet kwamen. We besloten om toch maar wat later op de dag die kant op te gaan en eerst nog even naar het centrum te gaan om een oranje outfit te scoren voor de Nederlandse afterparty op nieuwjaarsdag. Dat was ons al snel gelukt en na het doen van weer wat boodschappen zijn we weer naar het appartement gegaan om te lunchen. We hadden bolletjes met hagelslag, dus we waren weer helemaal gelukkig. Daarna hebben we de laatste spullen bij elkaar gezocht en begon onze reis van ongeveer twee uur naar Mornington Penisula. We moesten eerst met de tram en daarna nog met twee treinen, bij het laatste station werden we opgehaald door de hostmom van Amber die ons naar het vakantiehuis bracht waar wij in het gastenverblijf mochten slapen. We hebben daar nog een rondje in de omgeving gelopen en daarna mochten we daar mee eten met haar hostmom en nog wat vrienden. We hebben daar nog een tijd gezellig gezeten en toen vonden wij het wel tijd om naar bed te gaan.

Zondag hadden we een auto gehuurd zodat we een dagje naar Philips Island konden. Gaby, de hostmom van Amber, heeft ons ’s ochtends naar het verhuurbedrijf gebracht waar we een grotere auto kregen dan we gehuurd hadden, omdat dat de enige auto was die ze nog hadden. Nou vonden wij die gratis upgrade niet zo erg en met een mooie KIA kon ik gaan rijden (want ja die andere waren zo intelligent geweest om hun rijbewijs in Melbourne te laten.) Met hele goede Nederlandstalige muziek, we moeten natuurlijk wel goed voorbereid zijn als Guus Meeuwis komt, kon de reis van ongeveer anderhalf uur beginnen. Al snel hebben we even een stop gemaakt bij de supermarkt, want je zal maar zonder koekjes zitten. Op Philips Island zijn we eerst naar Cape Woolamai gegaan waar je naar de Pinnacles lookout kon lopen. Daar had ik een super mooi uitzicht op het strand en wat rotsen.

Daarna moesten we weer een stuk over het strand teruglopen naar de auto en gingen we naar onze volgende stop. Bij Nobbies Boardwalk zouden veel zeehonden zitten en die moesten wij natuurlijk ook even gezien hebben. We hebben heel erg ons best gedaan, maar helaas zaten ze te ver weg en hebben we er geen een gezien. Wel zagen we nog een paar verdwaalde dwergpinguïns die zich probeerde te verstoppen. We hebben daar een rondje gelopen en hadden een uitzicht op een hele mooie, blauwe zee met een prachtig landschap ernaast.Vijf minuten verder hadden we nog een heel mooi punt gezien met rotsen en een blauwe zee waar we ook nog even een extra fotostop hebben gemaakt.
We zouden nog naar een paar Australische jongens gaan om wat te drinken, maar die reageerden niet dus besloten we om naar een strand aan de andere kant van het eiland te rijden. Daar kwamen Isa en ik tot de conclusie dat we best wel verbrand waren. ’s Ochtends was het namelijk bewolkt en daarna begon de zon wel wat te schijnen, maar het was niet warm en het waaide dus ja dan voel je dat soort dingen niet… We besloten dat het maar even beter was om uit de zon te blijven en zijn fish en chips gaan eten voordat we weer terug zouden gaan. Opeens reageerde de jongens en zijn we daar nog even iets gaan drinken wat heel gezellig was. Daarna mocht ik nog even anderhalf uur terugrijden en was het na een spelletje wel tijd om naar bed te gaan.